Over leraren en leerlingen
Wat is een leraar? Allereerst moeten we onderscheid maken tussen een gewone leraar en een Dharmaleraar. Een gewone leraar brengt je iets bij. Je verzamelt kennis, diploma’s, denkvermogen, status enzovoorts. Een Dharmaleraar neemt iets weg. Zoals Cuong Lu zegt (vrij vertaald): als je van mij een diploma krijgt, dan is dat voor wat je hebt kunnen loslaten.
Op het spirituele pad kunnen we verschillende leraren ontdekken. Laten we die hieronder indelen in 3 categorieën.
1. ‘ Het leven’, of ‘de wereld’
Het klopt dat alles wat je meemaakt of wat je tegenkomt, je iets kan leren. Zonder leven of wereld is het zelfs onmogelijk om iets te leren. Maar soms zeggen we dit ook om niet werkelijk naar onszelf te hoeven kijken: ‘Ik heb geen leraar nodig, het leven is mijn leraar’. Als het ongemakkelijk wordt is het op die manier makkelijk om te vluchten en iets te gaan doen wat meer genot brengt.
2. Iemand die dichtbij je staat
Wanneer iemand dichtbij je staat, bijv. een kind, ouder, broer/zus, partner, en je houdt veel van hem of haar, dan heb je er veel voor over om in goede verstandhouding te zijn met elkaar. Dat betekent dat als het even moeilijk is, je er niet direct vandoor zult gaan. Zo is de kans groter dat je je trots leert loslaten, ook wanneer je overtuigd bent van je gelijk. Zoals ik van de week iemand hoorde zeggen: wil je gelijk, of wil je geluk?
3. Een Dharmaleraar
Een Dharmaleraar weet precies waar je vast zit en wat je nodig hebt om dat los te laten. Het is prachtig om te luisteren naar de heldere uitleg van een Dharmaleraar, maar soms legt hij ook de vinger op de zere plek. Hoe dichter hij/zij bij je staat, hoe pijnlijker dat is. Wanneer je een oppervlakkige relatie met een leraar hebt, dan kan de leraar niet veel doen, want zodra zijn instructies te confronterend worden is de kans groot dat je op zoek gaat naar een leraar die aardiger voor je is. Maar net als bij type 2, wanneer je echt van je leraar houdt, kun je blijven, ook als het pijn doet. En kun je steeds meer loslaten.
In mijn ervaring is een Dharmaleraar heel belangrijk. Je leven, de wereld en je dierbaren zijn het oefengebied waarin je oefent met de begeleiding van de leraar. We herkennen onze patronen veel makkelijker wanneer we begeleiding hebben.
Maar er is één voorwaarde: je moet leerling kunnen zijn. Een leraar maakt geen schijn van kans als je geen leerling kan zijn. Een leerling legt zijn ego weg en aanvaardt de lering. Hoe beter je in staat bent om een leerling te zijn, hoe makkelijker het is om te leren. En hoe makkelijker het is om de leraar in je naaste, in je leven en in de wereld te herkennen. De schrijver Kader Abdolah zei iets heel moois: 'als het leven je iets aanbiedt, dan neem je het met twee handen aan en buig je je hoofd'. Voor mij verwoordt dat perfect het leerling zijn.
En wanneer ben je dan een leraar? Volgens mij ben je een leraar wanneer je het ultieme leerlingschap bereikt hebt. Wanneer je in staat bent om volledig vrij te zijn van je ego en in iedere verschijningsvorm, in iedere situatie je leraar te herkennen.